27 april 2016

Latijnse Term: Matrimonium - een korte geschiedenis van het trouwen



atijnse termen kom je zo af en toe tegen, wanneer je genealogisch onderzoek doet. Eeuwenlang verzorgden kerken dopen en begrafenissen en sinds de 6e eeuw wordt Latijn veel in katholieke kerk gebruikt. Maar ook in oud-rechterlijke archieven kom je nog wel eens een Latijnse term tegen. 


Het Latijnse woord Matrimonium betekent huwelijk of echtverbintenis. Een huwelijk werd ingezegend door een predikant. Voor wie niet tot de gereformeerde kerk behoorde was in de Gouden Eeuw de mogelijkheid geschapen om het huwelijk door de plaatselijke rechtbank te laten bekrachtigen.

22 april 2016

Servaas van der Tas (1676-1707) werd opgehangen met een mes boven het hoofd

"Zervas van der Tas van Rotterdam, oud 30 Jaaren, [is] om een begane Manslag gehangen met een Mes boven het hoofd" op 29-1-1707 in Amsterdam.

Servaas van der Tas werd gedoopt op 26-4-1676 in Rotterdam met als getuigen Louweris Dircksse (van der Tas) en Fesken Fesse Bentum. Servaas' vader, Dirck Dirxsen van der Tas, was, als jongeman van Westmaes wonend aan het Zijl in Rotterdam, op 22-4-1674 in Rotterdam in ondertrouw gegaan met Engeltje Fasen Bentum, jongedochter van Harrewijnen, wonend in de Hootsteech in Rotterdam. Zij zijn op 13-5-1674 in Rotterdam getrouwd met attestatie van Overschie. Engeltie Servaes en Dirck Dirckse waren op 23-2-1681 in Rotterdam getuigen bij de doop van Dirck, zoon van Louweris Dirckse van der Tas en Annetie Ariens. Engeltje werd begraven op 13-6-1703 op het Zuiderkerkhof in Rotterdam . Zij was toen al weduwe en liet 3 meerderjarige kinderen na.

Servaas Dirks van der Tas van Rotterdam trouwde op 13-6-1700 in Rotterdam met Lijsbeth Smith, jongedochter van Rotterdam. Beiden woonden aldaar aan de Leuvehaven. Uit dit huwelijk heb ik géén kinderen kunnen vinden in Rotterdam.
De Leuvehaven, eind 17e eeuw
Bronnen: Digitale Stamboom Rotterdam, Maurits Langenwagen: "Naamlyst van alle persoonen, die binnen Amsterdam, sederd het Jaar 1693 tot 1774 in Cluys door Scherpregters Handen Zijn ter Dood gebragt".

17 april 2016

Schipper Gerrit Mookhoek verdronk in 1829

Schipper Gerrit Mookhoek werd op 6-5-1787 in Numansdorp gedoopt als zoon van Joost Mookhoek en Margaretha Valk. Hij trouwde op 1-5-1824 in Middelharnis met Adriana Wilhelmina Bout. Zij werd gedoopt op 29-2-1804 op Tholen als dochter van Cornelis Bout en Jacoba Lonke. Gerrit en zijn vrouw gingen in Ooltgensplaat wonen, waar op 22-3-1825 hun zoon Joost werd geboren. Op 8-4-1829 aldaar werd hun dochter Gerritje geboren en 8 dagen later verdronk Gerrit.

Gerrit Mookhoek had bijna de haven van Ooltgensplaat bereikt met zijn diepgeladen schout met zand, toen door de toenemende wind en hooggaande zee de schuit vol water begon te lopen. Gerrit verdween met zijn schuit in de diepte. Hij droeg een lange, blauwe broek en een zwart vest zonder mouwen. Zijn varensgezel Klaas Hokke wist in de mast te klimmen en hing daar bijna een half uur totdat hij werd gered door een voorbij varende schipper.

Groninger Courant, 1-5-1829

4 april 2016

Pieter Jacob in 't Veld (4) verdronk in een sloot

Pieter Jacob, het 4-jarige zoontje van Bastiaan Aart in 't Veld en Johanna Aria den Boer, is in 1922 nabij zijn ouderlijke woning in de Sint Anthoniepolder in een sloot verdronken.

Limburger Koerier, 4-4-1922
Bastiaan Aart int 't Veld was een zoon van Pieter Jacob in 't Veld (1869-1940) en Leentje de Man en een kleinzoon van Aart in 't Velt (1840-1902) en Adriana Naaktgeboren (1843-1906). Een gemeenschappelijke voorvader van Pieter Jacob en mij is Coenraet Pietersz in 't Veld (±1585-±1633).